VINKEL –Linda Ackermans- Rombout uit Vinkel. Een bijzondere vrouw. Samen met haar man Roel en hun twee dochtertjes, Anouk (5) en Amy (3) is ze woonachtig aan de Beukenlaan in Vinkel. Vijftien jaar terug verzwikte ze met handbal, ze was net 19 jaar, haar enkel. Iedereen overkomt dat wel eens, met dit verschil dat Linda een maand later voorgoed in een rolstoel terecht kwam. Het gevolg van een spier- en zenuwaandoening vanuit haar enkel waardoor de aansturing vanuit de hersenen weg was. Een bizar verhaal. Bewonderenswaardig is haar ongekende positiviteit die ze elke minuut van de dag uitstraalt. Echt top. Vandaag neemt ze plaats in de biechtstoel
Door Jan van Ravenstein
Geloof je?
Vanuit vroeger ben ik katholiek. Onze kinderen zijn gedoopt en die vertellen we, zover dat met hun leeftijd mogelijk is, wel over het geloof. We zijn echter geen echte kerkgangers. Mijn geloof bestaat, als ik vanuit mijn hart moet spreken, meer uit het feit dat je moet geloven in de kracht van jezelf. Ga uit van je eigen kunnen, dan komt alles goed is mijn mening.
Wat is een goede eigenschap van je?
Vanuit het negatieve iets positiefs zien te maken. Onze dochter Anouk, ze heeft Type 1 Diabetes (T1D) en ze heeft daardoor tot wel twaalf keer per dag insuline nodig. Zelf ’s nachts moeten we daarvoor de wekker zetten. Ze zei het laatst heel mooi wat ik eigenlijk bedoel. Anouk: “Weet je mama, diabetes is wel stom, maar ik mag snachts soms daardoor wel eten en dat mogen de andere kindjes niet”. Mooi toch van een vijfjarige, dat je dat nu al kan, het negatieve.. positief maken. Ik ben daar best trots op.
Wat is je grootste zonde?
Ik ben volgens mij niet zo’n zondig iemand. Maar het allereerste waar ik dan aan denk is van heel veel jaren terug. Wortels weghalen bij tante Marie. Niet om ze op te eten, meer uit baldadigheid. Zoiets blijft hangen hè. Kijkend naar het heden denk ik dat ik me wel eens bezondig om belangrijke dingetjes pas op het allerlaatste moment te doen. Maar dat komt misschien ook wel dat ik van mezelf denk dat ik dan op zijn ‘scherpst’ ben.
Wat zou je grote wens nog zijn?
Dat alles gezond is. Ik ben me bewust dat het best een rare stelling is uit mijn mond, maar toch. Ik beleef alles vanuit een rolstoel. Roel komt ook, vanwege dat ernstige auto-ongeval van toen eens ooit, vanuit een heel diep dal. En dan onze meiden, de een met haar diabetes en de ander die niet wil groeien zoals het eigenlijk moet en waar de doktoren geen verklaring voor hebben. En zie.. We hebben het reuze fijn met ons viertjes. We hebben inmiddels ons eigen bedrijf wat steeds drukker wordt. De meiden springen, ondanks hun ongemakken, door het leven.. Ons sociaal leven is top. Weet je, gewoon zo door gaan, dan komt alles goed.
Waar kun je heimelijk van genieten?
Van heel veel, vooral van de kleine dingen. Maar eentje springt er wel bovenuit. De kindervakantieweek KIKS hier in Vinkel. Inmiddels mag ik me voorzitter noemen van dit geweldige evenement. Ik haal hier enorm veel energie uit. prachtig. Ruim een half jaar zijn we samen bezig met de voorbereiding. De vergaderingen zijn altijd reuze gezellig en lopen altijd uit. In de na-vergadering worden vaak ook de beste ideeën geboren, zeggen ze toch. KIKS kan ik aan een ieder aanbevelen. Het is beregezellig en tegelijkertijd doe je iets voor de Vinkelse medemens, kan het mooier.
Wat stuit je het meest tegen de borst?
Wij worden stapelgek van de administratieve rompslomp rondom ‘zorg’. Door ons gezinnetje hebben we, zeg maar dagelijks, met zorg en hun bureaucratie te maken. Gek wordt je er soms van. Een voorbeeldje: “We moesten een verwijzing aanvragen. Of we even een onderzoeksrapport wilde toevoegen. Maar… zei ik, dat rapport wat jullie willen, dat hebben jullie toch zelf gemaakt en is dus gewoon al bij jullie. Bureaucratie ten top. Weet je, vraag maar gewoon eens bijvoorbeeld een traplift aan, dan kom je erachter dat ‘gek’ worden echt geen kunst is.
Van wie kun je nog wat leren?
Zonder twijfel. Van ons pap en ons mam. Ze staan ons bij in raad en daad, elke dag, elk uur, elke minuut. Daar ben ik zo trots op, dat kan ik bijna niet onder woorden brengen. We hoeven maar te bellen, en binnen drie minuten staan ze hier op de stoep. Echt top.. pap en mam.
Achter welk deurtje zou je wel eens willen kijken?
Achter het deurtje van Koningin Maxima. Ze leeft als een Koningin. Maar wil ze dat, diep in haar hart, ook wel. Ze straalt het wel uit, dat is zeker. Maar ze heeft er in feite niet voor gekozen, hij wel. Ik vraag me wel eens af of ze smorgens ook boterhammen met pindakaas staat te smeren voor haar meiden. Gaat ze ook naar het tien minutengesprek op school en staat ze ook wekelijks langs de lijn bij de sport die haar kinderen beoefenen. Gaat ze samen ook wel eens gezellig shoppen met haar meiden, of naar de film. Dat allemaal zou ik wel eens willen zien ja.
Met wie zou je een Weesgegroetje willen bidden?
Met oma, de moeder van ons mam dus. Dat was zo’n lief mens. Ze was nog echt zo heerlijk van de ‘ouwe stempel’. Ik herinner me vooral de zalige ‘krintemik’ van oma. En op zondag kregen we een lekker zondags koekje en doordeweek een droog mariakoekje. Zo hoorde dat, volgens oma. Het was ook “meneer pastoor voor haar, en meneer de dokter”. Ook de stelregel van haar ben ik nooit vergeten: “Het is nooit goed als er het woordje ‘te’ voor of achter staat”, zei ze altijd. Die regel geldt nu nog steeds. Mijn oma, ik mis ze nog elke dag.
Heb je verder nog iets op te biechten?
Nee niet echt. Maar wel een goede raad. Laat de mensen eens ophouden met zeuren. Ben tevreden met hetgeen je hebt en vooral wie of wat je bent. Punt uit.