Pronkzittingen in ’t Waoterrijk, ’t Kafland en in het Rottenrijk
NULAND, VINKEL, GEFFEN –Het zijn drukke, spannende en vooral nerveuze dagen voor de vele lokale artiesten in Nuland, Vinkel en Geffen. De pronkzittingen zorgen al sinds jaar en dag in de diverse kernen voor uitverkochte zalen. De lokale politiek en gebeurtenissen in het dorp worden op een carnavaleske en vooral ludieke wijze vanuit ‘de ton’ of met een podium-act op de korrel genomen. “Na één optreden is de verslaving compleet, weten wij uit ervaring”, aldus het Waoterrijkse echtpaar, André (61) en Greet (59) van Lijssel. In de Nulandse contreien berucht en beroemd als: ‘Fons en Sientje’.
Door Jan van Ravenstein
Aan de kapstok in de hal hangt hun outfit, fris gewassen en gestreken klaar. Intussen door Greet meermalen gecontroleerd of het allemaal compleet is. Het is zo ongeveer een uurtje of acht voor hun eerste optreden van de Brulboei. De Nulandse pronkzitting. “De tekst zit erin, nu maar hopen dat ze het ook nog leuk gaan vinden”, lacht André, alias ‘Fonske’. Die onzekerheid blijft, ondanks hun inmiddels zeven- jarige succesvolle carrière. Ooit eens begonnen met een grap. “Na afloop van weer een prachtige Brulboei, zei ik met enige hoogmoed, dat ik zoiets ook wel zou kunnen. John Smits, de vurzitter van hil ut spul, liet er geen gras over groeien. Twee jaar nadien stonden we samen op het podium” lachen André en Greet. “We hebben er nooit geen spijt van gehad”, mijmert Fonske nog even na.
Rottenrijk
In het Rottenrijk (Geffen) staat de 41e aflevering van Recht Vur Zunne Roap in de startblokken. De basis van de pronkzittingen hebben allemaal hetzelfde karakter: “Het publiek op een carnavaleske manier vermaken met lokale artiesten”. Zonder ook maar één artiest te kort te doen kan in het Rottenrijk worden gesteld dat ‘De Toapen’ een begrip zijn in het artiestenwereldje. Voor de 24e maal in successie zetten ze ook dit jaar weer, een act op het podium waar jong en oud naar uitkijkt. In oktober komen de dames bij elkaar. Vanuit het gestelde thema krijgt hun act dan vorm. Geffen in zijn algemeenheid en met net name hun vrijgezellige ‘held’ Tonnie Jansen komen steevast voor in het geheel.
Kafland
De jaarlijkse pronkzitting vanuit Het Kafland (Vinkel) is in een compleet nieuw jasje gestoken. De gymzaal waar de uitvoering plaats vindt heeft, 2 jaar terug, een compleet ‘feestelijke theater uitstraling’ gekregen. Tijdens d’n Dolle Avond vormen Mark van der Lee en Karin van de Braak samen een duo die maar liefst 15 jaar op het podium mochten schitteren. Elk jaar hadden ze hun eigen typetje,van buschauffeur tot de plaatselijk dokter. “Dit jaar hebben we even, vanwege diverse oorzaakjes een soort van ‘sabbatical’. Eventjes niet dus. Maar we weten dat het zo rond de opvoering weer enorm gaat kriebelen”, zegt Mark van der Lee. Het bloed kruipt ook bij deze twee rasartiesten, waar het niet gaan kan. Ook in het Kafland staan alleen lokale artiesten op de planken.
Fons en Sientje
“Ik deed op familiefeestjes, samen met Henry van den Heuvel, vaak een levensloop. Daar komt denk ik ook wel de passie vandaan. Tekst schrijven vind ik leuk. Om een grap heen, een ‘kop en een staart’ proberen te maken”, zegt André. Het echtpaar heeft zich vanaf het begin twee typetjes aangemeten. Belgische Pastoor Fons samen met zijn ‘Koathovense’ pastoorsmeid Sientje. “Ge kent ze wel, zo’n siebedeeske”, zegt Andre met een brede lach. “We beginnen en eindigen onze act altijd in de kerk. En vandaar struinen we Nuland en de omgeving af. De verhalen en typetjes komen ter tafel. ‘Fonske’ zit tijdens het gesprek al helemaal in zijn rol wanneer hij een aantal voorbeelden laat horen. Prachtig. ‘Sientje’ oogt wat rustiger. Ze hoort het allemaal aan en heeft hier en daar haar twijfels of de zaal het wel leuk zal vinden. Die twijfels zijn kenbaar, zeker bij een première.
Typetjes
Ze gaan in principe als ‘pastoor en dienstmeid’ door hun act heen. Samen leggen ze huis- of ziekenbezoekjes af en wanneer er in het dorp iets voorbijkomt, pakken ze het aan. “We schuwen niks of niemand. Natuurlijk met een kwinkslag, we beledigen niemand. Dat is niet onze stijl”. Hoewel de typetjes, pastoor met zijn meid, vaststaan, creëert het tweetal meermalen andere personages. In hun tekst en uitvoering gaan ze mee op stap met de bejaardenbond of bijvoorbeeld met de plaatselijk motorclub. Het is allemaal al een keer voorbijgekomen. “Vorig jaar gingen we als Fons en Sientje op bezoek bij het asielzoekers centrum. De zaal lag compleet plat”, aldus Andre en Greet. Ze zitten er samen weer middenin. “Weet je nog Greet. Dat liedje, ‘Wat ruist er in het Waoterrijk…. ‘, wat we toen zongen. En hoe de zaal toen reageerde. Kippenvel man.”, stalen ze beiden.
Voorbereiding
“Na de bouwvakvakantie komen de kriebels boven drijven. Dan begin ik met de tekst. Drie of vier hoofdstukken hebben we vaak. En die hoofdstukken wil ik met een soort van verhaallijn aan elkaar koppelen. Het moet leuk zijn voor best een gemêleerd publiek. Jong en oud. Ik kan je vertellen dat zoiets nog best ingewikkeld is” aldus Fons. Fons is een meester in het imiteren van personages. Met het allergrootste gemak vertelt hij in de Belgische moerstaal de mooiste anekdotes, om meteen en zonder enige moeite over te schakelen als een voorganger in een moskee.
Mooi
“Het is een feest om mee te mogen doen”, zeggen ze beiden. Het is een super gezellig clubje met een geweldige sfeer”. Deze geluiden zijn ook hoorbaar in Vinkel en Geffen. Wie eenmaal is besmet met het ‘virus’ schijnt er niet meer vanaf te komen. “Het was de bedoeling dat we drie jaar mee zouden gaan doen. Dit jaar gaan we voor de 7e ‘ uitvoering van Fons en Sientje”. Dat zegt toch genoeg, of niet dan”, aldus André en Greet van Lijssel.