Natuurlijk is het 1 Ander Festival puur vermaak. De bezoekers kunnen op zaterdagavond 4 en zondagmiddag 5 juni kennis maken met Spaanse, Latijns-Amerikaanse, Jiddische en zelfs Chinese muziek. Instellingen als Phoenix Cultuur en het Elde college dragen ook bij aan het programma. Maar 1 Ander wil meer zijn dan dat. Het festival promoot al sinds 1993 duurzaamheid, vrijheid en tolerantie.
De basis van het 1 Ander Festival is toch wel het muziek- en theaterfeest. “We hebben het geluk dat we in de persoon van Luc van Nieuwburg een semiprofessionele programmeur hebben”, beseft Sikko Oegema, voorzitter van de Stichting Anders die het festival organiseert. “Hij kent de weg in de muziekwereld.” Gevolg is dat bijvoorbeeld twee Spaanse bands echt voor het 1 Ander festival de gang naar Nederland maken. De groepen spelen er voor het eerst buiten hun eigen land. Voeg bij die muziek, die staat als een huis, het nodige door het ROC Tilburg geregelde straattheater en je hebt een programma waar de bezoeker zijn vingers bij af kan likken.
Maar voor Oegema en consorten is er meer. Ze willen ook een boodschap overbrengen. Samenwerking met veelal maatschappelijk geëngageerde organisaties is de kracht van het festival. Terwijl oude partners meestal blijven, komen er voortdurend nieuwe bij. Zo doet dit jaar het vluchtelingenwerk weer mee. Enkele vluchtelingen vertellen hun verhaal. Het COC laat voor het eerst van zich horen en Docs in the City toont voor het eerst op het festival korte documentaires uit onder meer Nederland, Zuid-Afrika, de Filippijnen en Duitsland.
Succes gaat niet om aantallen
Het 1 Ander Festival begon in 1993. Dat lijk de vraag te rechtvaardigen of het engagement zijn vruchten afwerpt. “Je kunt succes moeilijk meten en het gaat bovendien niet om de aantallen”, vindt Oegema. “Je moet niet kijken naar wat niet lukt, maar naar wat je wel bereikt. Het vluchtelingenprobleem bijvoorbeeld gaan wij echt niet oplossen. Dat is onze taak ook niet. Maar als vijf mensen straks geraakt zijn door het persoonlijke verhaal dat ze hier horen, dan is hun aanwezigheid voor mij zinvol geweest. En als twee jongeren straks uit de kast durven te komen of hun omgeving meer begrip voor hun situatie heeft, dan is het goed dat het COC hier was”, stelt de voorzitter.
En dat geldt eigenlijk voor al die idealen die achter het festival zitten. “Zo kijken we ook naar onze eigen duurzaamheid. We schenken bijvoorbeeld uitsluitend Fairtrade koffie. Dit jaar gebruiken we voor het derde jaar hardplastic statiegeld glazen, die opnieuw bruikbaar zijn. Dat gaat weer echt een hoop afval schelen, want we hadden vroeger vuilniszakken vol bekers. Vorig jaar deelden we aan rokers asbakken uit met het verzoek de peuken daar in te doen. Ook dat scheelde veel”, geeft hij een paar voorbeelden van hoe je kleinschalig aan duurzaamheid kunt werken. “Ook de T-shirts van de organisatie zijn van fairtrade katoen. Want je kunt het gewoon niet maken in een shirt dat door kinderarbeid tot stand kwam een idealistisch verhaal af te steken”, vindt Oegema.
Minima
Een andere manier waarop de stichting haar maatschappelijke betrokkenheid laat blijken, is het feit dat ze Optimisd alle minima in Meierijstad laat aanschrijven. Ze mogen gratis op de gastenlijst. “Als je geld hebt, is zeven euro entree niet veel. Maar voor minima is het dat wel. Vorig jaar maakten zo’n dertig mensen van die mogelijkheid gebruik. Als je die een leuk feest kunt geven, dan is dat toch geweldig. Het zit niet in grote aantallen.”
De continuïteit van het festival wijt Oegema aan de enorme bezieling van de vrijwilligers. “Daar draaien we voor honderd procent op. Wij van de organisatie beginnen er iedere september weer aan en zijn er dus zo’n beetje het hele jaar door mee bezig. Er zijn coördinatoren voor wie dat ook geldt. Er zijn ook vrijwilligers die zich in de week voorafgaand aan het festival bezig houden met het opbouwen. Allemaal hebben ze op hun eigen manier een enorme gedrevenheid. En ik denk dat de mensen dat voelen, al is zo’n festival natuurlijk een heel ontspannen aangelegenheid. We willen een boodschap uitdragen. Niet door te preken, maar gewoon door die te laten zien.”
Natuurlijk blijven er altijd dingen te wensen over. Oegema: “Op dit moment trekken we 3000 tot 3500 bezoekers. Het zouden er iets meer mogen zijn, want meer financiële armslag zou het een stuk gemakkelijker maken.”
1ander festival
4 juni, 20.00 uur
Gratis toegang
5 juni, 13.00 uur
Toegang 7 euro
Kloosterpark
Schijndel