GEMERT – Gerard Rijnders is een begenadigd gitarist, maar speelde ook een hoofdrol in de Gemertse film “Recht van Wind”, waarin zijn alter ego Willemke Smollers leiding gaf aan de revolte tegen de commandeur. Onze biechtstoel zou zodoende zomaar van 1613 kunnen dateren.
Geloof je?
Jazeker, in God, in Boeddha, in Jahweh, in Vishnou, in Shiva. Maar bovenal geloof ik in Mezelf. Met míjn emotionele en medische achtergrond was iemand anders allang de pijp uitgegaan.
Wat is je grootste deugd?
Waarschijnlijk mijn onbevangenheid en enthousiasme. Mijn drang om te creëren. Vrienden noemen mij eerlijk, trouw en oprecht. Maar dat is tevens mijn grootste valkuil. Ik heb te vaak m’n neus gestoten. Dus ik blijf heel dicht bij mezelf, what you see is what you get.
Wat is je grootste zonde?
Luiheid is des duivels oorkussen. Nu ik niet meer hoef te werken kan ik makkelijk tot tien uur in mijn bed blijven liggen. Maar als ik ergens mee bezig ben, sluit ik de wereld helemaal buiten, bestaat mijn omgeving niet meer. Dan leef ik in een andere dimensie. Dan hoor of zie ik niks en niemand. En dat is eigenlijk wel zonde!
Wat koester je het meest?
Het leven wat ik nu heb, mijn kinderen, mijn vriendin, familie en al die mooie vrienden. Dan komt er een hele tijd niks, en dan pas mijn muziek, gitaar en kunst. Ik kan enorm genieten van de natuur, het buitengebied van Gemert en de serene rust die daarvan uit gaat. Op dit moment leef ik het leven. Carpe Diem.
Wat stuit je het meest tegen de borst?
De hectiek van het leven, het opgejaagde gevoel van Nu. Het gebrek aan saamhorigheid en de ander uitsluiten om wat of hoe hij is. De arrogantie van sommige mensen die menen te kunnen doen en zeggen wat ze willen. De tweespalt in de politiek. Vergeet niet dat de linker- en rechtervleugel behoren aan een en dezelfde vogel… Wij dus.
Waar kun je heimelijk van genieten?
Het mijmeren over het leven in voorbije eeuwen, ik voel me ook niet van deze tijd. Als ik door de Hoef loop stel ik me voor hoe het er toen heeft uitgezien. Ik heb ook de drang om het verleden aan te raken, te voelen. Mijn vensterbank ligt vol met steentjes, stukjes voeg, stukjes hout. Bij elk bezoek aan een ruïne of een oud gebouw heb ik de neiging om iets uit de muur te pulken. Natuurlijk kan ik ook genieten van de geneugten van déze tijd. Het Bourgondische leven.
Van wie kun je nog wat leren?
Ik heb respect voor oude wijze mensen, die het leven begrepen hebben en die bijna alles al hebben meegemaakt. Hun oplossingen voor veel levensvragen, hun wijze lessen om niet in die valkuilen te trappen waar zijzelf wel zijn ingetuind.
Achter welke deur in Gemert-Bakel zou je wel eens een kijkje willen nemen?
Achter de gesloten poort van het kasteel. Want daar ligt een groot deel van mijn jeugd. Met vriendjes spelen in de tuin, roeien op de binnengracht, je vergapen bij de volière, je afvragen hoe de zonnewijzer werkt, schaatsen op de binnengracht, en op de buitengracht skôlleke trappe. Dus, alle betrokken instanties, gooi de poort wagenwijd open, geef mij m’n jeugd terug.
Met wie zou je wel eens een weesgegroetje willen bidden?
Ik ben niet echt een belijdend katholiek. Toen ik 12 jaar was ben ik een beetje van mijn geloof gevallen. Mijn vader was een lieve, hardwerkende man, en om wat krenten in de pap te krijgen, ging hij ’s avonds met mijn broer Piet wat schnabbelen als komiek. Op zijn begrafenis zei deken Van Oort: “Heer, erbarm U over deze zondaar.” Ik dacht toen, godverdomme, die man heeft zich kapot gewerkt, hoezo zondaar? Nee, ik bid met niemand een weesgegroetje. En toch heb iets met kloosters, brevieren, madrigalen zingen, de serene stilte, bier brouwen. Zou ik een reïncarnatie van een monnik zijn?
Heb je verder nog iets op te biechten?
Er zijn wel een paar dingen, maar die vertel ik liever niet. Ik leef goed en ben goed. Ik heb derhalve het vermoeden dat ik na mijn dood heilig word verklaard. Heilige Gerardus van Gamerthe… mmm klinkt goed.